De Koninklijke Notariële Beroepsorganisatie (KNB) heeft bij de Eerste Kamer opnieuw aandacht gevraagd voor het wetsvoorstel doorberekening kosten toezicht en tuchtrecht juridische beroepen. Hoewel de Eerste Kamer wacht op antwoorden van de minister vond de KNB het nu tijd om de senatoren te informeren over de laatste stand van zaken. In een brief (pdf) geeft voorzitter Jef Oomen aan dat een wettelijk geregeld garantiefonds weliswaar in zicht is, maar dat de planning hiervan mogelijk problemen geeft.
Al jaren is de KNB bezig om een garantiefonds te organiseren, van waaruit de kosten voor zogenoemde ‘zwevende protocollen’ kunnen worden betaald. Als een notaris overlijdt of failliet gaat, wordt een dossier met akten (het protocol) onbeheerd achtergelaten. Om te voorkomen dat protocollen in onbeheer raken, regelt de Wet op het notarisambt nu dat de minister van Veiligheid en Justitie, als formele eigenaar van alle notariële protocollen, een notaris aanwijst om het protocol over te nemen. Deze notaris betaalt zelf de kosten die horen bij de overname van een protocol van een collega.
Zwevend protocol
De laatste tijd weigeren steeds meer notarissen om een zwevend protocol te accepteren vanwege onduidelijke financiële en juridische consequenties. Zo blijkt volgens de KNB bijvoorbeeld steeds vaker dat verzekeraars zwevende protocollen niet opnieuw willen verzekeren tegen aansprakelijkheid, omdat het protocol mogelijk besmet is met verborgen schadeclaims. ‘Een garantiefonds zou de kosten van het opschonen, tijdelijk archiveren en verzekeren van een zwevend protocol kunnen dekken, zodat notariële akten toegankelijk blijven’, aldus Oomen in de brief.
Geen middelen voor bijdrage
Het nog niet ingediende wetsvoorstel voor het garantiefonds zou op zijn vroegst pas op 1 januari 2018 ingaan. Het gevaar bestaat, dat wanneer het nieuwe wetsvoorstel voor een garantiefonds niet of pas na 1 januari 2018 wordt aangenomen en het wetsvoorstel doorberekening kosten toezicht en tuchtrecht (34145) al wél in werking is getreden, de KNB geen middelen heeft om de bijdragen vanaf 2018 te betalen. Om die reden kan de beroepsorganisatie het huidig voorliggend wetsvoorstel met een ongewisse uitkomst van het garantiefonds en daarmee de toekomst van het notariaat niet steunen, totdat de wettelijke basis van een garantiefonds is geregeld.