Logo KNB.nl
English

Column

Openheid en adequate maatregelen

Ik heb lang getwijfeld of ik iets over de affaire Pels Rijcken zou schrijven. Gegeven mijn achtergrond – gepokt en gemazeld in het domein van fraude, witwassen en integriteit – ligt dat wel voor de hand. Maar het gegeven dat er nog diverse onderzoeken lopen en we daarmee niet precies de feiten kennen, noopt tot zorgvuldigheid. 

Tekst: Marcel Pheijffer | Beeld: Truus van Gog Notariaat Magazine nummer 2021-03
Marcel NM web 750x400

Bovendien is er in deze affaire sprake van zelfmoord van een notaris, hetgeen voor de betrokken familie uiterst pijnlijk is en ook noopt tot enige terughoudendheid. KNB-voorzitter Annerie Ploumen trok mij - met haar column in het vorige nummer - over de streep. In duidelijke bewoordingen nam zij afstand van de handelwijze van de betrokken notaris. Zijn ‘keihard frauderen’ kwalificeert Ploumen als ‘onbestaanbaar, onbegrijpelijk en onvergeeflijk’.  

Framing

Het eerste punt dat ik wil maken, heeft betrekking op het persbericht van Pels Rijcken. Daarin wordt expliciet over fraude door een notaris gesproken, als zijnde een vaststaand feit. Voorts staat daarin dat het kantoor ‘slachtoffer’ is geworden van die fraude. De notaris zou overboekingen door ‘geraffineerd frauduleus handelen’ hebben verricht.

Ik heb moeite met de framing die Pels Rijcken hanteert om daarmee en passant het eigen straatje schoon te vegen. Het kantoor heeft immers ook aangegeven: ‘Om elk risico op dergelijke misleiding in de toekomst uit te sluiten zijn de interne beheersmaatregelen daarop aangescherpt in overleg met Deloitte.’ In feite staat hier – tussen de regels door – dat de maatregelen binnen het kantoor tot het moment van ontdekking van de fraude niet sluitend waren. En daarmee: dat de notaris daardoor kon frauderen. Een constatering die zowel de slachtofferrol van Pels Rijcken relativeert als de geraffineerdheid van de fraude: de notaris heeft de gaten in de interne maatregelen simpelweg gezien en benut. Binnen Pels Rijcken stonden spreekwoordelijke deuren op een kier en dan mag het geen verbazing wekken dat er op enig moment iets wordt gestolen.

Openheid

De nadruk op de slachtofferrol past dan ook niet. Het kantoor van de landsadvocaat en de daar werkzame notarissen dienen boven elke twijfel te zijn verheven, hetgeen ze inmiddels niet meer zijn. De schuld louter in de schoenen van de dader schuiven, is te simpel. Het is op basis van het persbericht en de noodzakelijke herstelmaatregelen feitelijk onjuist en bovendien een beetje schijnheilig. Daarom is zodra de onderzoeken echt zijn afgerond, een grote mate van openheid rond het gebeurde – en vooral ook hoe het kon gebeuren – vereist.

Hier ligt primair een taak voor Pels Rijcken om vertrouwen door openheid en adequate maatregelen te herwinnen. Gebeurt dit niet, dan is er een rol weggelegd voor de minister van Justitie, het Bureau Financieel Toezicht als toezichthouder en/of de KNB als hoeder van het notarisberoep. Zij kunnen op openheid aandringen of deze wellicht zelfs afdwingen. Het gaat hier immers om het kantoor van de landsadvocaat.

Uniek?

Mijn tweede punt betreft het uiten van zorg. Als een dergelijke fraude in de vorm van het wegsluizen van gelden via derden- en escrowrekeningen zelfs bij het kantoor van de landsadvocaat kan plaatsvinden, hoe zit dat dan met de interne beheersingsmaatregelen ten aanzien van dergelijke rekeningen bij andere, kleinere kantoren? Hoe zit het daar met intern toezicht en compliance? Hoe zit het daar met de controle door de extern accountant?

Mijn zorgpunt betreft derhalve twijfel over het antwoord op de vraag of de malversaties bij Pels Rijcken uniek zijn of dat deze ook elders (kunnen) voorkomen. Maar het antwoord op deze vraag is door bestuurders van andere kantoren natuurlijk direct na het bekend worden van de affaire bij Pels Rijcken al goed onderzocht. Waar nodig zijn de maatregelen van interne beheersing vast snel aangescherpt. Toch?

Reageren?

Mail dan naar nm@knb.nl