Logo KNB.nl
English

Tuchtuitspraak

Flagrante schending van rechten van goede doelen wordt niet opgemerkt door kamer

Beeld: Tartila/Shutterstock Notariaat Magazine 2022-01
Tuchtrecht 1 2 personen 750x250

'De notaris had als executeur een neutrale rol moeten vervullen over de uitleg van het testament'

Casus

Erflaatster woont vanaf 1985 samen met haar partner. Op 1 mei 2019 verhuist de  partner naar een andere woning. Op 7 mei 2019 overlijdt erflaatster op 99-jarige leeftijd. Op 8 augustus 2019 overlijdt de partner, die haar nichten als haar enige erfgenamen achterlaat. In het testament van erflaatster van 2006 is onder andere bepaald:

‘LEGATEN EN ERFSTELLING I.
Voor het geval ik vóór mijn partner mocht komen te overlijden, en ik ten tijde van mijn overlijden nog met haar samenwoon en een gemeenschappelijke huishouding voer, maak ik de volgende beschikkingen:

LEGATEN.
(20.000 euro en 30.000 euro aan 2 goede doelen)

ERFSTELLING I.
Onder de last tot uitkering van voormelde legaten benoem ik tot mijn enige erfgename: (mijn partner).

ERFSTELLING II.
Voor het geval ik tegelijk met of na (mijn partner) mocht overlijden, benoem ik tot mijn enige erfgenamen, tezamen en voor gelijke delen (dezelfde twee goede doelen).’

In het testament is de (inmiddels oud-)notaris tot executeur benoemd, die het kantoor van de notaris in zijn plaats stelt. Het saldo van de nalatenschap bedraagt ongeveer 230.000 euro.
Begin mei 2019 bericht de echtgenote van klager (zij is ‘versterferfgename’ van erflaatster) dat zij ervan overtuigd is dat het de bedoeling was dat de goede doelen hadden moeten erven.
Twee erfgenamen van de partner en twee ‘versterferfgenamen’ van erflaatster hebben in september 2019 een gesprek bij de notaris.
Bij brief van 28 oktober 2019 bericht de notaris aan de ‘versterferfgenamen’ onder meer dat:
- erfstelling I, indien letterlijk geïnterpreteerd, niet van toepassing is en dat erfstelling II ook niet van toepassing is, zodat de versterferfgenamen erfgenaam zijn;
- de geest van het testament duidelijk lijkt: erflaatster wilde haar partner tot enig erfgename benoemen;
- een notaris een testament echter niet mag interpreteren of uitleggen, dat is aan de rechter;
- gelet op de situatie hebben de versterferfgenamen aangegeven dat voor hen de bedoeling van erflaatster erg duidelijk is en dat zij de partner als enig erfgename heeft willen aanwijzen.
De notaris voegt hierbij een conceptakte ‘vaststelling vererving’ waarin de partner als enig erfgename opkomt in de nalatenschap, met een volmacht.

Op 21 november 2019 meldt de notaris onder andere dat zij extern advies heeft gevraagd aan een gerenommeerd hoogleraar erfrecht en op basis daarvan alle betrokkenen heeft aangeschreven om in te stemmen met de vaststellingsovereenkomst.
De versterferfgenamen gaan niet akkoord en op 6 december 2019 mailt de notaris dat alsdan de versterferfgenamen erfgenaam zijn.
De notaris wijst erop dat de erven van de partner de kwestie kunnen voorleggen aan de rechter.
Op 29 juli 2020 passeert een waarnemer van de notaris de verklaring van erfrecht met de conclusie dat erflaatster haar erfgenamen bij versterf als erfgenamen achterlaat.
De nalatenschap is uitgekeerd en afgewikkeld op 4 december 2020.

De klacht

Klager is de echtgenoot van de (versterf)erfgename die vond dat de goede doelen moesten erven. De notaris heeft dreigementen geuit en onwaarheden vermeld in de (sturende) brief van 28 oktober 2019.

Tuchtrecht 1 gespiegeld 750x250

'Niet-ontvankelijk'

Het oordeel

Klager is geen cliënt van de notaris. Hij is evenmin erfgenaam, legitimaris, legataris of schuldeiser in erflaatsters nalatenschap. Er is geen rechtstreeks belang, zodat klager niet-ontvankelijk wordt verklaard.
Ten overvloede vult de kamer aan dat de notaris als executeur een neutrale rol had moeten vervullen waar het gaat om de uitleg van het testament. De notaris had vanaf het begin moeten vasthouden aan de letterlijke tekst en moeten volstaan met vast te stellen dat de uitvoering van het testament tot uitlegproblemen zou kunnen leiden. Hoewel er bij het aanvankelijk handelen dus kanttekeningen zijn te plaatsen, heeft zij later correct gehandeld door het versterferfrecht voorop te stellen en aan te geven dat de nichten van de partner de letterlijke uitleg van het testament bij de rechter zouden kunnen aanvechten.

De notariskamer oordeelt dat de klacht niet-ontvankelijk is.

Kamer voor het notariaat Den Bosch 15 november 2021 ((nog) niet gepubliceerd)

Opmerking

Het testament is opgesteld door een oud-notaris van het kantoor. Daarom al had de notaris nooit tot uitleg mogen overgaan zonder álle betrokken partijen te informeren. De notaris wijst er voortdurend op dat zij niet mag uitleggen, maar doet dit wel, zonder uitdrukkelijk akkoord van de erfgenamen van de partner, en zonder de goede doelen überhaupt over hun eventuele rechten te informeren. Het is zelfs de vraag of de legaten wel zijn uitgekeerd vanwege de letterlijke uitleg.
De gebrekkige formulering van de secundaire erfstelling is een helaas wijd verspreide fout in testamenten. In erfstelling II had moeten staan: ‘Indien mijn partner niet mijn erfgename blijkt te zijn ...’ (of iets dergelijks).
Het is onbegrijpelijk dat noch de notaris noch de kamer inziet dat het waarschijnlijk dan wel mogelijk de bedoeling van erflaatster is geweest dat de goede doelen reserve-erfgenaam zijn.
Het in het testament inlezen van de clausule dat met een ‘onvrijwillig vertrek naar het verzorgingshuis de erfstelling wel in stand blijft’, zou ook nog tot het oordeel kunnen leiden dat de partner erfgenaam is. Tegenwoordig wordt deze clausule vaak gebruikt.
De kamer stelt vast dat de notaris juist heeft gehandeld door de versterferfgenamen als erfgenamen aan te wijzen. Dit inhoudelijk oordeel is niet aan de kamer, maar aan de civiele rechter. Uit onder andere het recente arrest ECLI:NL:GHARL:2021:10386 blijkt dat de rechter zeer wel bereid is tot een ruime uitleg in overeenstemming met de vermeende bedoeling van de erflater.
Wie gaat er nu op toezien dat de goede doelen worden geïnformeerd over deze nalatenschap?

Reageren?

Mail dan naar nm@knb.nl