Logo KNB.nl
English

Column

Onafhankelijkheid

Al een kleine veertig jaar loopt ik mee in de wondere wereld der accountancy. Een mooi vakgebied, met genoeg mogelijkheden om je als professional te ontwikkelen. Dat deed ik eerst als rijksaccountant bij de Belastingdienst en later als rechercheur bij een onderdeel daarvan: de Fiscale Inlichtingen- en Opsporingsdienst.

Tekst: Marcel Pheijffer | Beeld: Truus van Gog Notariaat Magazine nummer 2022-07
Marcel NM web 750x400

Daar ontwikkelde ik mijn juridische oriëntatie, bekwaamde mij in het strafrecht en werd forensisch accountant. Daarna kwam ik terecht in een academisch spoor, schreef een proefschrift en werd hoogleraar.

Big Four

Dit pad bracht mij dus niet bij de grote accountantskantoren, de zogeheten ‘Big Four’ (Deloitte, EY, KPMG en PwC). Nimmer fungeerde ik als openbaar accountant. Dat leverde mij vaak kritiek op uit die hoek als ik een venijnig stukje schreef over falende accountants na weer een boekhoudschandaal. Wat weet ik nou van het vak? Vilein is dan altijd mijn antwoord: ‘Veel. Ik heb immers veel accountantsdossiers in beslag mogen nemen en onderzoeken.’ Niet zelden met juridisch, financieel en reputationeel vervelende gevolgen voor de betrokken accountants en hun organisaties.

Wettelijke taak

Net als de notaris voert de openbaar accountant een wettelijke taak uit. Maar er zijn meer overeenkomsten. Zo kennen beide beroepsgroepen wetten en gedragsregels waarin begrippen zoals onafhankelijkheid, onpartijdigheid en geheimhouding centraal staan.
In deze bijdrage beperk ik mij tot de onafhankelijkheid: een onderwerp dat in de accountancy – door schade en schande wijs geworden – met veel meer regels is omgeven dan in het notariaat, waar de kernregel simpelweg is dat de notaris zijn ambt in onafhankelijkheid uitoefent.

78 pagina’s

In de accountancy treffen we onafhankelijkheidsbepalingen aan in onder meer de Wet toezicht accountantsorganisaties, de Verordening gedrags- en beroepsregels accountants en in een zeer uitgebreide en gedetailleerde Verordening inzake de onafhankelijkheid van accountants bij assurance-opdrachten. Het laatste document beslaat inclusief toelichting 78 pagina’s!
Dat er op het punt van onafhankelijkheid zoveel regels bestaan, heeft mede te maken met het feit dat accountantsorganisaties naast de controle van de jaarrekening ook vele andere diensten aan hun cliënten verlenen. Zoals: fiscaal advies, begeleiding bij de aan- en verkoop van ondernemingen, bedrijfswaarderingen, ICT-dienstverlening en vele andere vormen van advies en consultancy.
Sinds de jaren tachtig van de vorige eeuw hebben de grote accountantsorganisaties de adviestak uitgebreid. In percentages van de omzet is de accountancydienstverlening in de periode 1977-2018 (wereldwijd) gedaald van 70 naar 35 procent, terwijl de adviesdienstverlening ruimschoots is verdubbeld van 30 naar 65 procent.

'Moetje'

Waar de wettelijk verplichte controle van de jaarrekening een ‘moetje’ voor ondernemingen is, hebben deze in de eigen optiek meer belang bij goede adviezen. In het verleden speelden accountantskantoren daarop in: de cliënt binnenhalen met een scherpe prijs voor de wettelijke controle om vervolgens fiks te verdienen aan adviesopdrachten. Dat businessmodel heeft in het verleden geleid tot verkeerde prikkels en excessen. Accountants waren niet streng in de controle en knepen een oogje toe, om zo de cliënt en lucratieve adviesopdrachten voor het kantoor te behouden.
Wet- en regelgevers zijn vervolgens ‘pleisters gaan plakken’ met een woud aan regels tot gevolg. Die gaan knellen voor de adviestakken van de grote kantoren en staan groei in de weg. Reden voor EY om als eerste van de grote kantoren over te gaan tot splitsing van de organisatie in twee losstaande delen. Volstrekt onafhankelijk van elkaar. Net als bij Pels Rijcken, waar de advocatuur en het notariaat zijn afgescheiden. Eveneens door een exces. Ik wens u toe dat dit voorbeeld niet ook gaat leiden tot een woud aan extra regels.

Reageren?

Mail dan naar nm@knb.nl