Grote kans dat u niets deed. Uw mond hield. Of stilletjes wegliep. Althans, dat blijkt uit onderzoek. Want waarom zou u? U bent immers zelf geen partij. En voordat je het weet vinden ze je een wokie. Of een 'Gutmensch'. En ben je misschien wel zélf de klos. Maar klopt dit laatste wel? Precies dat is weten schappelijk getoetst, bij een steekproef onder 788 Zweedse werknemers. Zij werden twee keer onder vraagd, met een tussenpoos van anderhalf jaar. In de eerste enquête werden aan hen 22 vormen van pestgedrag voorgelegd, zoals dat er over je wordt geroddeld, grappen met je worden uitgehaald, tegen je wordt geschreeuwd, enzovoort.
Omgekeerd risico
De vraag was niet alleen of de werknemers zélf slachtoffer waren geweest van zulk gedrag, maar ook of ze de afgelopen zes maanden omstander waren geweest. Van de 788 werknemers zeiden 212 geen slachtoffer, maar wel omstander te zijn geweest – ruim een kwart. Vervolgens vroegen de onderzoekers of ze in hun rol als omstander hadden ingegrepen. Nee, zei ruim de helft, tegenover een minderheid die dat wél had gedaan.
Anderhalf jaar later, bij de tweede meting, bleken er interessante verschillen tussen deze 'passieve' en 'actieve' omstanders. Zij die niet hadden ingegrepen, hadden een drie keer zo hoge kans om zélf slachtoffer te worden. Met andere woorden: het risico is precies omgekeerd aan wat je zou denken. Als je niet ingrijpt, is de kans groot dat je later zélf de pineut bent.
Geen makkelijke prooi
Hoe kan het dat ingrijpen een goed idee blijkt? Immers, je neemt tóch een risico; je legt als het ware je hoofd op het hakblok van de pestkop. Nou, het ligt toch anders. Door in te grijpen laat je zien dat je geen makkelijke prooi bent. Je toont het lef om je uit te spreken. Als je dan ook nog eens medestanders weet te vinden, dan vorm je een coalitie die samen sterk staat tegenover de bully, waardoor die het pesten voortaan wel uit z'n hoofd laat. Je uitspreken is dus niet alleen goed voor het slachtoffer, maar ook goed voor jezelf. Assertiviteit heeft een beschermende werking voor iedereen.
Ethische infrastructuur
Maar belangrijker nog is dat actieve omstanders dankzij hun interventie ongewenst gedrag op de agenda zetten. Zo dragen zij bij aan een 'ethische infrastructuur' in hun organisatie. Kortom, de volgende keer dat u een collega een té foute grap ziet maken, zeg er dan wat van. Liefst een beetje aardig, want anders bent u zelf óók een bully. Door vriendelijk doch met klem uw collega's te wijzen op wat niet oké is, draagt u telkens een beetje bij aan een plezierige en veilige werkomgeving.
Daar profiteert uiteindelijk ook de bully zelf van. Want wie zit er nou op te wachten om niet meteen, maar soms maanden of jaren later – via een integriteitscoördinator, onderzoeksbureau of nog erger, de media – beschuldigd te worden van grensoverschrijdend gedrag? Daar varen integriteitsonderzoekers, advocaten en journalisten misschien wel bij, maar de mensen en de organisatie in kwestie totaal niet.