Medische zaken beter niet in levenstestament
Pas werd een vrouw met uitgezaaide kanker lid van de Nederlandse Vereniging voor een Vrijwillig Levenseinde (NVVE). Zij wordt niet meer beter en wil euthanasie. Haar huisarts had erop aangedrongen goede wilsverklaringen over haar euthanasieverzoek en behandelverbod te maken. Wat hierover in haar levenstestament stond, was te algemeen geformuleerd. De huisarts kon er niets mee.
Wij horen dagelijks dat mensen denken met een levenstestament alles goed te hebben geregeld. Laat mij u uit de droom helpen: voor medische zaken rondom het levenseinde geldt dit uitdrukkelijk niet. Een wilsverklaring in het medisch dossier waaruit blijkt dat de patiënt weloverwogen en vrijwillig door middel van euthanasie een einde aan het leven wilde maken, voorkomt dat (huis)artsen mogelijk in de problemen komen.
Een schriftelijke wilsverklaring over medische zaken is overigens pas nodig als mensen niet meer kunnen zeggen wat ze wanneer willen. Toch is zo’n document opstellen altijd een goed idee. Het dwingt tot nadenken waar jouw grenzen liggen: wanneer heeft het leven geen kwaliteit meer, wanneer wil je niet meer behandeld worden? Bovendien kan de arts zo’n wilsverklaring na een euthanasie als bewijsstuk gebruiken. Voorwaarde is dat een wilsverklaring écht persoonlijk is – een standaardtekst is niet afdoende.
Ik roep daarom notarissen op medische zaken omtrent het levenseinde helemaal uit het levenstestament te laten. Het biedt mensen slechts schijnzekerheid. Het gesprek over medische wensen in aanloop naar het levenseinde moet gevoerd worden met de huisarts, niet met de notaris.
Fransien van ter Beek, bestuursvoorzitter NVVE
Reactie KNB
Voorlichting over rechtspositie heeft meerwaarde
Het levenstestament bevatte aanvankelijk alleen financiële zaken. In de praktijk bleek echter dat mensen behoefte hebben aan een regeling voor alle aspecten van het leven, dus ook de medische zaken. Notarissen wijzen cliënten die medische zaken in hun levenstestament willen opnemen, uitdrukkelijk op het belang van een gesprek met de arts voor de persoonlijke invulling. Dat hebben de KNB, artsenfederatie KNMG en het Nederlands Huisartsengenootschap met elkaar afgesproken. Om het belang van een gesprek met de arts nog te onderstrepen, heeft de KNB hierover ook een flyer ontwikkeld die notarissen aan hun cliënten kunnen meegeven.
Heeft het opnemen van medische wilsverklaringen in een levenstestament dan wel zin, als hier nog een gesprek met de arts op moet volgen? Zeker. De notaris biedt rechtszekerheid door de identificatie van de cliënt en de toetsing van diens wilsbekwaamheid. De notaris geeft de cliënt bovendien rechtsbescherming. Door met de cliënt te zoeken naar regelingen die passen bij diens persoonlijke situatie, die regelingen vast te leggen in een juridisch sluitend document en dat document te bewaren. Voor altijd. Het kan dus nooit kwijtraken.
Ook bij medische wilsverklaringen is de meerwaarde van de notaris dat die de cliënt kan voorlichten over diens rechtspositie. Vaak ligt de nadruk eenzijdig op de medische aspecten van de behandelingsovereenkomst, maar die heeft wel degelijk ook een juridische dimensie. Zo bestaat tussen een negatieve en een positieve wilsverklaring – zoals die in het medisch domein worden genoemd –, een juridisch relevant verschil dat de rechtspositie van de cliënt raakt. Een negatieve wilsverklaring, waarmee je je onthoudt van toestemming voor een medische behandeling, is in beginsel dwingend voor de arts. Het wettelijk uitgangspunt is: zonder toestemming geen behandeling. Met een positieve wilsverklaring geef je aan dat je iets graag wil. Dat is voor een arts veel vrijblijvender. Een wens blijft een wens en wordt geen gebod. De notariële betrokkenheid heeft bovendien geleid tot meer aandacht voor patiëntrechten en zorgvuldiger informatievoorziening over medische wilsverklaringen.
Al met al geen reden dus om notarissen op te roepen cliënten hun recht op het opnemen van medische wilsverklaringen in het levenstestament te ontzeggen.
Annerie Ploumen, voorzitter KNB