Logo KNB.nl
English

Anders bekeken

Witwasbestrijding vs privacy

Banken moeten meer mogelijkheden krijgen om onderling informatie te delen over verdachte klanten, vindt de minister van Financiën. Ook het notariaat wil gegevens kunnen uitwisselen om de poortwachtersrol te versterken. Weegt het voorkomen van witwassen op tegen zo’n inbreuk op de privacy?

Tekst: Jasper Enklaar Notariaat Magazine nummer 2025-02
Anders bekeken 750x354

'Dat lat moet hoog liggen, maar dat kun je het notariaat wel toevertrouwen'

Yolanda de Groot, directeur Bureau Financieel Toezicht (BFT)

'Ik snap en deel de frustratie van notarissen: ze doen onderzoek, stellen kritische vragen, weigeren dienst en dan gaan cliënten naar een buurman-notaris om het wel voor elkaar te krijgen. Het gaat ons er meer om dat notarissen geen criminele activiteiten mogelijk maken dan dat zij met alle waarborgen de privacy handhaven. Privacy is een groot goed, maar kent beperkingen.
Als toezichthouder kijken wij achteraf of er iets niet goed is gegaan. Het BFT wil notarissen helpen om dit te voorkomen. Niet door de regeldruk te verhogen of meer eisen te stellen, maar juist door het gemakkelijker voor hen te maken. Met de KNB bekijken we hoe je kunt voorkomen dat je criminele activiteiten faciliteert. Wij staan achter de grijze lijst die de KNB heeft voorgesteld. Anders dan bij de banken speelt bij notarissen ook nog eens hun wettelijke geheimhouding. Je zou kunnen zeggen dat het een waarborg is voor de privacy als zij slechts informatie delen met collega’s met dezelfde wettelijke geheimhoudingsplicht. De collectieve geheimhouding van de KNB is dus ook een manier. Om dit te realiseren, moet er wel een wetswijziging plaatsvinden.
Het BFT kan meld- en verzamelpunt worden. Een notaris vraagt dan aan ons of een cliënt op de lijst voorkomt. Dan zegt het BFT ja of nee, maar geeft geen nadere informatie. Over dit idee denken we de laatste tijd na, het staat nog nergens op papier en we moeten het verder uitwerken met de KNB. Het is een beetje zoeken naar wat werkt en wat de minste administratieve last geeft. We willen vooral meedenken over oplossingen.'

Gerrit-Jan Zwenne, hoogleraar privacyrecht aan de Universiteit Leiden en aan de Open Universiteit en advocaat bij Pels Rijcken & Droogleever Fortuijn

'Er is een zekere AVG-kramp. De bescherming van persoonsgegevens is belangrijk, maar geen absoluut recht. Privacy is een belang dat altijd wordt afgewogen tegen andere belangen. In voorkomende gevallen kan daar – onder voorwaarden – inbreuk op worden gemaakt. Een belangrijke voorwaarde is dat je ervoor zorgt dat de inbreuk niet verder gaat dan nodig. Je hebt te maken met het proportionaliteitsbeginsel en het subsidiariteitsbeginsel. De inbreuk moet in een redelijke verhouding staan tot het daarmee te dienen belang en er moeten geen andere, minder inbreukmakende instrumenten zijn om hetzelfde te bereiken. De hoogste Europese rechter heeft bijvoorbeeld gezegd dat het openbare UBO-register niet proportioneel was.
Ik deel de zorg van de minister dat er in de financiële sector veel arbeidskracht en geld omgaat in het voorkomen van witwassen. De controle is wel erg omvangrijk aan het worden. Maar de aarzeling bij privacy-activisten kan ik ook goed volgen.
Als we vinden dat de notaris een effectieve poortwachter kan zijn – en als dat is aangetoond –, dan kan ik me voorstellen dat het betrouwbaar uitwisselen van gegevens door notarissen met elkaar, onder strikte geheimhouding en met allerlei waarborgen omkleed, nuttig en nodig kan zijn. De notaris heeft een sleutelpositie. Je kunt vaak niet goed deelnemen aan het economisch leven zonder de inzet van een notaris. Dat maakt hem natuurlijk relevant als poortwachter. De advocatuur en het notariaat zijn streng gereguleerde beroepsgroepen, met een doorgaans goed werkende beroepsorganisatie, met tuchtrecht, beroepsgeheim en gecertificeerde systemen. Er is voorzien in een hoop waarborgen om ervoor te zorgen dat er geen foute dingen gebeuren met de gegevens die men uitwisselt.'

Roze bril anders bekeken 750x250

Joska Ophuis, kandidaat-notaris en compliance officer bij Het Notarieel

'Het snijvlak tussen de AVG en Wwft leidt tot hoofdbrekens in het notariaat. De wetten die ten grondslag liggen aan deze discussie, zijn complex. Ze sluiten best goed op elkaar aan, maar de praktijk maakt het vaak moeilijk. Die is immers een stuk rommeliger. Onze verscherpte onderzoeken, ons doorvragen: het leidt soms tot weerstand bij cliënten. Soms krijg je discussies met cliënten die resulteren in de mededeling "Ik zoek ik mijn heil wel bij de Autoriteit Persoonsgegevens." Dat is af en toe erg lastig.
Wij nemen onze rol als poortwachter zeer serieus. Hoe meer informatie je hebt, hoe beter je die rol kunt vervullen. Als iemand een Wwft-plichtige dienst afneemt, dan zetten we bepaalde verplichte stappen. Dan doen we ook cliëntenonderzoek. Maar vanaf dat moment wordt het ook subjectief: een beoordeling mede op basis van criteria afhankelijk van het beleid van het kantoor, niet altijd puur op basis van feiten.
Een grijze lijst met mensen die dienst geweigerd zijn, dat is een feit, daar kan ik iets mee. Daarmee kun je potentiële malversaties voorkomen. Want een notaris weigert niet lichtvaardig dienst, dan moet er echt wel wat aan de hand zijn. Er moeten natuurlijk wel allerlei waarborgen en criteria zijn. De lat moet heel hoog liggen, maar ik denk dat je dat het notariaat wel kan toevertrouwen. En we moeten goed kijken naar het doel. Als je zoiets zou willen doen, is dat om de rol van poortwachter beter te kunnen vervullen op het vlak van witwassen. We moeten niet een sleepnet willen maken door alles en iedereen die dienst geweigerd is, op zo'n lijst te gaan zetten.'