Casus
Klagers zijn, samen met hun zuster, erfgenaam in de nalatenschap van erflater. Klaagster is executeur. Klagers en hun zuster hebben onenigheid over de afwikkeling van de nalatenschap, waartoe een woning behoort. Naar aanleiding van verzoeken van beide partijen ontslaat de kantonrechter klaagster als executeur en benoemt de notaris tot executeur. Klaagster gaat in hoger beroep. Daarnaast stellen klagers bij de rechtbank een verdelingsvordering in tegen hun zuster, inhoudende verkoop van de woning, maar niet aan een erfgenaam. De kamer oordeelde in een eerdere klachtzaak dat de notaris hangende het hoger beroep wel werkzaamheden mocht verrichten. Hiertegen hebben klagers hoger beroep ingesteld.
Klaagster ontvangt van de bank bericht dat zij hebben vernomen dat klaagster niet meer bevoegd is als executeur en dat daarom haar bankpas en toegang tot internetbankieren zijn ingetrokken. Het notariskantoor had de bank van de beschikking van de rechtbank op de hoogte gesteld. Klaagster reageert dat gezien het hoger beroep alles bij het oude blijft en zij dus nog bevoegd is.
In aanloop naar de zitting in hoger beroep over de verdelingszaak tussen klagers en de zuster mailt de notaris onder andere aan de rechtbank dat het zwartmaken van hem als executeur alle perken te buiten gaat. Ook vraagt hij om spreekrecht. De rechtbank antwoordt dat de notaris geen partij is en dus in beginsel niet het woord kan voeren. Vervolgens stuurt de notaris nogmaals stukken naar de rechtbank.
De klacht
- Uit rancune en eigenbelang heeft de notaris de bank heimelijk bericht dat klaagster geen executeur meer is. De nalatenschap benadeeld omdat er daardoor geen betalingen meer mogelijk waren.
- De notaris heeft de rechtbank heimelijk benaderd in de verdelingsprocedure. Ook suggereert de notaris dat klaagster oneigenlijk gebruik zou hebben gemaakt van de ervenrekening.
- Door met de griffie van de rechtbank te bellen met eenzijdige en onjuiste informatie, heeft de notaris bewerkstelligd dat bij de rechtbank mogelijk wordt gedacht dat klaagster de lastige persoon is, terwijl dat juist de zuster en haar partner zijn.
- De notaris heeft het ambt van notaris misbruikt om ingang te krijgen bij de rechtbank.
Uitspraak: gegrond met oplegging van een maatregel
Het oordeel
De notaris mocht de beschikking van de rechtbank aan de bank toezenden op grond van zijn zorgplicht. Volgens artikel 4:149 lid 3 BW blijft een gewezen executeur verplicht te doen wat niet zonder nadeel voor de afwikkeling van de nalatenschap kan worden uitgesteld. De schorsing van de beschikking als gevolg van het hoger beroep kwalificeerde de notaris als gewezen executeur.
De kamer acht het echter niet passend voor een notaris om zich te mengen in een verdelingsprocedure waarin hij geen partij is op de wijze zoals hij dat heeft gedaan. De kamer vindt het onbegrijpelijk dat de notaris wederom stukken naar de rechtbank stuurde nadat de rechtbank aangaf dat de eerder verstuurde stukken niet in de verdelingsprocedure konden worden ingebracht. Dat geldt nog meer omdat de notaris kennelijk alleen maar wilde reageren op de, zoals hij het zelf noemt, zwartmakerij door klagers. Van een notaris mag worden verwacht dat hij professioneel kan omgaan met partijen die niet tevreden zijn over zijn handelwijze, ook als dat in zijn ogen onterecht is.
De notaris heeft zich onprofessioneel gedragen. Ook op de zitting gaf hij geen blijk van inzicht dat hij zich niet met de verdelingsprocedure had moeten bemoeien.
De notariskamer legt de maatregel waarschuwing op.
Kamer voor het notariaat Amsterdam 24 april 2025, ECLI:NL:TNORAMS:2025:7
Opmerking
In nalatenschappen kan een (kandidaat-)notaris nogal wat over zich heen krijgen, terecht of onterecht. Het is niet makkelijk om dan altijd professioneel te blijven, maar wel noodzakelijk. Bedenk hoe het kantoor dit kan borgen, bijvoorbeeld door in lastige zaken altijd met collega’s samen op te trekken, ervaringen te delen of een training te volgen om de persoonlijke weerbaarheid te vergroten. De KNB stimuleert zulke trainingen met de optie van een persoonlijk PE-plan.