De Gecombineerde Commissie Vennootschapsrecht (GCV) van de Nederlandse orde van advocaten en de Koninklijke Notariële Beroepsorganisatie (KNB) heeft advies (pdf, 413 kB) uitgebracht over het gewijzigd voorontwerp voor de Wet homologatie onderhands akkoord ter voorkoming van faillissement.
De GCV heeft zich gezien haar taakopdracht beperkt tot het maken van een aantal opmerkingen van vennootschapsrechtelijke aard.
In november 2014 bracht de GCV ook beperkt advies uit over het eerste voorontwerp van de wet, die toen nog door het leven ging als Wet continuïteit ondernemingen II. Naar aanleiding van dat advies zijn verschillende opmerkingen in het voorontwerp overgenomen. Er zijn echter ook passages die volgens de GCV nog extra aandacht verdienen. Gewezen wordt op bepalingen die gevolgen hebben voor de rechten van aandeelhouders en het buiten toepassing verklaren van bepalingen uit Boek 2 Burgerlijk Wetboek, waaronder alle artikelen uit de afdeling over het vermogen van de vennootschap. Zij vraagt zich af of dit wel juist is.
Nadere toelichting
De GCV vraagt toelichting op punten waarin haar eerste advies niet is gevolgd en een nadere toelichting en voorbeelden op punten waarover nog onduidelijkheid is zoals de betekenis van het begrip "klassen" van aandeelhouders.